Wat?
Arthrose van de knie of slijtage van de knie is een vaak voorkomend probleem. Dit veroozaakt pijn en een beperking van de mogelijkheden. Rechtkomen uit een stoel en lang stappen worden dan vaak moeilijk, waardoor uiteindelijk minder bewogen wordt. Het in beweging blijven is echter belangrijk, niet enkel voor de gewrichten maar ook voor hart en longen! Om goed en gezond te blijven is een goede functie van de gewrichten belangrijk.
Hoe behandelen?
In eerste instantie wordt getracht om de pijn onder controle te krijgen. Daarbij is het belangrijk om in beweging te blijven. Iedere dag een wandeling of fietstocht van een 2°-tal minuten is goed om de gewrichten soepel en gezond te houden, en zorgt ervoor dat de pijn vermindert.
Dit kan eventueel aangevuld worden met een knieband, pijnstillers of een inspuiting. Een knieband kan de pijn verlichten en is vooral nuttig bij het stappen. Medicatie kunnen eveneens de pijn verlichten, vraag hiervoor raad aan uw huisarts.
Inspuitingen?
Tenslotte kunnen nog inspuitingen verricht worden om de pijn te verlichten. Inspuitingen zijn over het algemeen slechts een tijdelijke oplossing, maar kunnen in sommige gevallen een langdurige oplossing zijn. Een inspuiting met cortisone vermindert de ontsteking die de pijn veroorzaakt. Deze doet niets aan het onderliggende probleem van slijtage. Na de insptuiting met cortisone kan het zijn dat u een opflakkering voelt van warmte en hartkloppingen. Bij diabetes patiënten kan dit een tijdelijke ontregeling van de suikerwaarden in het bloed geven. In principe wordt een gunstig effect op de pijn en functie ervaren na een 2 à 3 tal dagen.
Een ander soort inspuiting is met hyaluronzuur. Dit kan éénmalig of in een reeks gebeurden. Dit product werkt trager dan een cortisone injectie maar geeft over het algemeen een langduriger werking. De voornaamste nevenwerking is pijn op de plaats waar het product werd ingespoten. Dit is ten gevolge van de gel zelf, die een redelijk dikke substantie is. Over enkele uren verspreid deze gel zich over de knie, waarmee de pijnklachten verminderen.
Inspuitingen met groeifactoren, bloedplaatjes en stamcellen zijn ook mogelijk maar worden nog minder toegepast in de praktijk.
Operatief?
Indien de voorgaande maatregelen onvoldoende zijn, of indien de slijtage te ver gevorderd is, kan er overgegaan worden tot een operatie.
Knie-arthroscopie
Een kijkoperatie aan de knie kan nuttig zijn in zeer geselecteerde gevallen. Blokkage verschijnselen kunnen verbeterd worden met een kijkoperatie indien uw chirurg dit nuttig acht. Pijnklachten die veroorzaakt worden door de slijtage zelf kunnen niet verholpen worden met een kijkoperatie.
Ascorrectie
Een osteotomie of ascorrectie van de knie wordt gedaan bij jongere mensen die een afwijkende stand van het been hebben. Hierbij wordt een kunstmatige breuk in het been gecreëerd, waarbij de as wordt gecorrigeerd om op die manier de drukverdeling in de knie te verbeteren. De revalidatie hiervan is traap (een 4-tal maanden). Complicaties zijn niet frequent maar komen voor: bloeding, infectie en zenuwletsel, waarvoor in sommige gevallen een heringreep nodig is. Ook dient de plaat over het algemeen na 1 jaar verwijderd te worden.
Knie-prothese
De "gouden standaard" voor de behandeling van gevorerde arthrose van de knie. Hierbij wordt het kapotte kniescharnier vervangen door een kunstgewricht. Bij een nieuwe knie operatie wordt een nieuw gewricht gecreëerd, door enkele millimeter kapot bot en kraakbeen weg te nemen en dit te vervangen door kunststof, zijnde metaal en poly-ethyleen (uitgeharde plastiek). Er bestaan verschillende technieken, waarbij de kruisbanden en de knieschijf kunnen vervangen of bewaard worden.
Vaak is het volledige gewricht aangetast en wordt geopteerd voor een vollledige veranging van het gewricht (totale knieprothese). Indien slechts een deel van het gewricht aangetast is kan een gedeeltelijke prothese een oplossing zijn (partiële knieprothese). Hierbij wordt enkel het deel van de knie dat aangetast is vervangen door een prothese. Het voordeel hiervan is dat het eindresultaat een natuurlijker gevoel geeft in vergelijking met een knieprothese. Ook zijn de complicaties en risico's van de procedure zelf een stuk geringer bij een partiële prothese in vergelijking met een totale prothese.
De meest voorkomende verwikkelingen zijn infectie, bloeding, stijfheid en instabiliteit. Op lange termijn kan het zijn dat de prothese loskomt. In sommige gevallen is een heringreep noodzakelijk.